Van der Lans & Busscher BV heeft sinds de oprichting in 1896 kwaliteit hoog in het vaandel staan. Dit geldt niet alleen voor de dienstverlening zelf, maar ook voor de medewerkers en (onderhoud van) de vervoersmiddelen. In deze zomercolumn beschrijven we het belang van onderlinge communicatie en regelmatige controle van kwaliteit in personeel, wagenpark en andere, bijzondere bedrijfsmiddelen.
Kwaliteit Personeel
Medewerkers worden uitvoerig ingewerkt om alle bijzonderheden van het vak eigen te maken en hun kennis en vaardigheden worden regelmatig bijgewerkt. Ervaren medewerkers brengen hun kennis en ervaringen over aan nieuw personeel en alle informatie is verzameld en op papier gezet in een intern Kwaliteitshandboek als naslagwerk. Bijzonderheden over verschillende locaties en werkwijzen worden gecommuniceerd met de centrale planning zodat nieuwe informatie direct wordt verwerkt en gedeeld. Zo blijft de planning continu op de hoogte en kan er efficiënt worden gehandeld naar veranderende omstandigheden.
Technisch Onderhoud
De gebruikte vervoersmiddelen worden regelmatig gecontroleerd en onderhouden. Ook worden alle bijzonderheden die een medewerker opmerkt aan de vervoersmiddelen centraal verzameld en in een technisch onderhoudsplan verwerkt. Zo blijft elk vervoersmiddel uit ons wagenpark veilig op de weg, technisch tiptop in orde en een parel voor het oog. Met name de oudere voertuigen (de “classics” en “specials”) hebben echter wel hun eigen uitdagingen. Versleten mechanische, bewegende onderdelen zijn voor deze voertuigen lastig te repareren of te vervangen. Daarnaast zijn de gebruikte materialen van enkele speciale en/of oudere auto’s niet altijd van dezelfde hoge kwaliteit als die we nu gewend zijn.
Zo bleek de roestvorming van onze bijzondere Daimler 2-tone rouwauto zodanig ernstig dat deze recent flink is gerestaureerd en nu weer jarenlang een prachtig en veilig gezicht op de weg kan blijven.
Paardenkracht
In de tijden van rijtuigen en koetsen was er echter nog een ander onmisbaar bedrijfsmiddel dat veel aandacht, onderhoud en zorg nodig had. In die tijd kwam de drijvende kracht in uitvaartvervoer of staatsievervoer letterlijk van paarden. Deze nobele dieren hebben geen last van roestvorming maar vragen wel bijzonder onderhoud. Behalve natuurlijk voer en water moesten de paarden ook regelmatig geborsteld worden. Misschien van nog groter belang was het regelmatig bewegen voor de paarden, niet alleen voor hun conditie maar ook voor hun gedrag tijdens het uitvoeren van hun werk.
Op deze foto
Hier ziet u een van de voorvaderen van de firma, Ome Jan Van der Lans Sr. en medewerker Toon Pronk op een zondagmorgen in de vroege jaren ’30 van vorige eeuw een informele rit maken in een rijtuig met 6 paarden.
Franse aanspanning, zondagmorgen 1930-1935, Ome Jan Sr. en Toon Pronk
Deze aanspanning heet de gemengde (of Franse) aanspanning vanwege de indeling van de verschillend gekleurde paarden voor het rijtuig. Deze aanspanning was een goede oefening voor vaardigheid van de koetsier maar met name ook voor de paarden. De dieren raken zo namelijk gewend aan het samenwerken binnen zo’n team. De koetsier kan zo ook een inschatting maken van de persoonlijkheid van de dieren. De plaats van een paard binnen een aanspanning werd namelijk niet alleen bepaald door uitstraling en kracht. De persoonlijkheid bepaalde of een paard beter functioneerde als leider of volger binnen een team, en daarmee de plaats in een span.
“Stilstand is achteruitgang”
Een bekend gezegde. Juist ook in tijden van rust is het altijd van groot belang dat personeel, bedrijfsmiddelen en paardenkrachten regelmatig in beweging blijven!